Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hij [54]woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok hun ziel niet van den dood; en hun [55]gedierte gaf Hij aan de pestilentie over. 54. Op de weegschaal zijner gerechtigheid, wegende tegen elkander zijn straffen en hunne verdiensten; gelijk God pleegt voort te gaan in straffen, gelijk de mensen voortgaan in zonden en hardnekkigheid. Zie Lev.26:21,23,24,27,28. 55. Anders, hunleven; gelijk Job 33:18,22,28.